Schriftelijke Vragen verstoring van de natuur bij het bouwen van nieuwe chalets en vakantiewoningen op recreatieterreinen
Indiendatum: 25 feb. 2025
Aan de voorzitter van de Provinciale Staten van Drenthe
CvdK J. Klijnsma
Postbus 122
9400 AC Assen
26 februari 2025
Betreft: Schriftelijke vragen ex art 41 Reglement van Orde met betrekking tot verstoring van de natuur bij het bouwen van nieuwe chalets en vakantiewoningen op recreatieterreinen.
Geachte voorzitter,
Naar aanleiding van alarmerende berichten over de bouw van chalets en luxe vakantiewoningen op recreatiepark de Drentse Weelde hebben wij de volgende vragen:
1. Weet het college hoeveel vakantieparken in Drenthe momenteel in handen zijn van grote investeerders (zoals Europarcs, Landal, Roompot, Metanoia et cetera)?
2. Hoeveel nieuwe recreatiewoningen (inclusief chalets) worden er in Drenthe de komende drie jaar gebouwd?
3. Hoe kan het dat er wel op grote schaal recreatiewoningen gebouwd kunnen worden en geen woningen voor woningzoekenden?
4. Is schaalvergroting van de vakantieparken überhaupt mogelijk nabij een Natura2000 gebied gezien de toename van de stikstofuitstoot door bouw en extra verkeersbewegingen? De extra verkeersbewegingen ontstaan niet alleen door de bouw maar ook door de verhuur van de recreatiewoningen door gasten en onderhoudsmedewerkers.
5. Is schaalvergroting van de vakantieparken überhaupt mogelijk nabij een Natura 2000 gebied gezien de toename van de verstoring (o.a. licht, geluid) van de natuur?
6. In hoeverre is deze ontwikkeling in lijn met de Omgevingsvisie van de provincie?
7. In hoeverre is deze ontwikkeling in lijn met het behouden van de kernkwaliteiten rust, ruimte, natuur, oorspronkelijkheid, Drentse schaal, menselijke maat, veiligheid?
8. Kan de provincie via de Omgevingsverordening beperkingen opleggen aan schaalvergroting van recreatieterreinen? Zo ja hoe?
9. Staat u in nauw contact met de gemeenten voor wat betreft de bestemmingsplanwijzigingen die nodig zijn voor de schaalvergroting en ander gebruik?
10. Is de Provincie bevoegd gezag m.b.t. houtopstanden op recreatieterreinen en in de nabijheid?
11. Gaat u als u bevoegd gezag bent ook controleren of de bepalingen in de natuurvergunning worden nageleefd? Denk aan voorzieningen voor flora en fauna. Graag toelichting.
12. Als er aanleiding is om te vermoeden dat de eigenaren van recreatieparken zich bij de bouw van nieuwe chalets en vakantiewoningen niet houden aan de natuurvergunning, hoe handhaaft u dit dan?
13. Als er een handhavingsverzoek wordt gedaan m.b.t. de natuurvergunning, hoe volgt u dit op?
Alvast bedankt voor uw antwoorden.
Siska Peeks | Partij voor de Dieren.
Indiendatum:
25 feb. 2025
Antwoorddatum: 1 apr. 2025
Geacht Statenlid Peeks,
In uw brief van 26 februari 2025 stelde u een aantal vragen over verstoring van
de natuur bij het bouwen van nieuwe chalets en vakantiewoningen op recreatie-
terreinen. Deze vragen beantwoorden wij als volgt.
Vraag 1
Weet het college hoeveel vakantieparken in Drenthe momenteel in handen zijn
van grote investeerders (zoals Europarcs, Landal, Roompot, Metanoia et cetera)?
Antwoord 1
Dat is niet bekend bij ons college.
Vraag 2
Hoeveel nieuwe recreatiewoningen (inclusief chalets) worden er in Drenthe de
komende drie jaar gebouwd?
Antwoord 2
Het is niet bekend hoeveel nieuwe recreatiewoningen er in Drenthe in de
komende drie jaar worden gebouwd.
2
Vraag 3
Hoe kan het dat er wel op grote schaal recreatiewoningen gebouwd kunnen
worden en geen woningen voor woningzoekenden?
Antwoord 3
Binnen bestemmingsplannen kan er planologische ruimte beschikbaar
zijn voor de realisatie van nieuwe recreatiewoningen en woningen.
Vraag 4
Is schaalvergroting van de vakantieparken überhaupt mogelijk nabij een
Natura2000 gebied gezien de toename van de stikstofuitstoot door bouw en
extra verkeersbewegingen? De extra verkeersbewegingen ontstaan niet alleen
door de bouw maar ook door de verhuur van de recreatiewoningen door gasten
en onderhoudsmedewerkers.
Antwoord 4
In algemene zin geldt dat elk nieuw project (of elke wijziging van een
project) getoetst moet worden aan de vergunningplicht in het kader
van de Omgevingswet. Denk hierbij aan, voor de provincie relevant,
de omgevingsvergunning voor een Natura 2000-acitiviteit (waaronder
stikstof) en aan de Flora- en fauna- activiteit (soortenbescherming). De
genoemde omstandigheden (zoals toename stikstofuitstoot door bouw
en extra vervoersbewegingen) dienen een onderdeel te zijn van die toets.
In algemene zin is daarom geen antwoord te geven op de gestelde vraag
omdat dit per geval getoetst moet worden.
Vraag 5
Is schaalvergroting van de vakantieparken überhaupt mogelijk nabij een Natura
2000 gebied gezien de toename van de verstoring (o.a. licht, geluid) van de
natuur?
Antwoord 5
Zie ons antwoord op vraag 4. Ook voor overige effecten hangt het af van
de omstandigheden van het geval. Hier is geen algemeen antwoord op te
geven.
Vraag 6
In hoeverre is deze ontwikkeling in lijn met de Omgevingsvisie van de provincie?
Antwoord 6
De Omgevingsvisie biedt onder voorwaarden mogelijkheden voor uit-
breiding van recreatieterreinen en andere ruimtelijke ontwikkelingen
mits rekening wordt gehouden met de kernkwaliteiten en er geen strijd
is met overig provinciaal beleid.
3
Vraag 7
In hoeverre is deze ontwikkeling in lijn met het behouden van de kernkwaliteiten
rust, ruimte, natuur, oorspronkelijkheid, Drentse schaal, menselijke maat, veilig-
heid?
Antwoord 7
Het provinciaal belang is het behouden en, waar mogelijk, ontwikkelen
van de kernkwaliteiten. Bij ruimtelijke plannen wordt te allen tijde be-
oordeeld of de kernkwaliteiten van het betreffende gebied worden aan-
getast, indien en voor zover deze kernkwaliteiten van toepassing zijn.
Deze toetsing vindt plaats in overeenstemming met geldende beleids-
kaders en regelgeving, met als doel het behoud en de versterking van de
intrinsieke waarden van het gebied. Wij sturen op het vastleggen van
kernkwaliteiten in de ruimtelijke plannen van gemeenten op het moment
dat er sprake is van een ’nieuw’ ruimtelijk plan. Bij bestaande planolo-
gische ruimte is dit niet het geval omdat dit dan al in een ruimtelijk plan
is geregeld.
Vraag 8
Kan de provincie via de Omgevingsverordening beperkingen opleggen aan
schaalvergroting van recreatieterreinen? Zo ja hoe?
Antwoord 8
In onze Omgevingsverordening staat voor nieuwe verblijfsrecreatie en
uitbreiding verblijfsrecreatie in artikel 3.23: Een omgevingsplan kan al-
leen voorzien in een nieuw vakantiepark of uitbreiding van een vakantie-
park indien het omgevingsplan een levensvatbare langjarige bedrijfs-
matige exploitatie van het vakantiepark waarborgt, zodat permanente
bewoning van recreatiewoningen wordt voorkomen. Zie daarnaast het
antwoord op vraag 7 voor de uitgangspunten met betrekking tot de toet-
sing aan kernkwaliteiten.
Vraag 9
Staat u in nauw contact met de gemeenten voor wat betreft de bestemmings-
planwijzigingen die nodig zijn voor de schaalvergroting en ander gebruik?
Antwoord 9
Ja.
Vraag 10
Is de Provincie bevoegd gezag m.b.t. houtopstanden op recreatieterreinen en in
de nabijheid?
Antwoord 10
Voor bospercelen, ook als die grenzen aan recreatieterreinen, is de pro-
vincie bevoegd gezag als deze liggen buiten de bebouwingscontour
houtkap (zoals door gemeenten is vastgesteld). Echter zodra een
recreatieterrein is ingericht is de provincie geen bevoegd gezag meer
voor het deel van het terrein dat kan worden aangemerkt als 'erven en
4
tuinen'. De bevoegdheid is overgegaan naar de gemeente die op basis
van de APV of bomenverordening regels kan stellen ten aanzien van
kappen van bomen. Indien een bosperceel onderdeel is van het Natuur-
netwerk Nederland, geldt artikel 3.30 Bescherming Natuurnetwerk
Nederland van onze Omgevingsverordening. De provincie is bevoegd
gezag voor het Natuurnetwerk Nederland.
Vraag 11
Gaat u als u bevoegd gezag bent ook controleren of de bepalingen in de natuur-
vergunning worden nageleefd? Denk aan voorzieningen voor flora en fauna.
Graag toelichting.
Antwoord 11
Toezicht in het kader van een Natura 2000 activiteit en/of een Flora- en
fauna- activiteit vindt regulier plaats in het geval wij voor die activiteit
een omgevingsvergunning verlenen. Toezicht vindt daarnaast plaats naar
aanleiding van klachten/meldingen en handhavingsverzoeken. De priori-
tering voor toezicht is vastgelegd in de Nota goed geregeld 3, een uit-
voeringsprogramma van taken van VTH. Daarin staat bijvoorbeeld dat
handhavingsverzoeken prioriteit hebben. Indien wij een overtreding
constateren zal in beginsel op grond van de Landelijke Handhavings-
strategie Omgevingsrecht (LHSO) opgetreden worden.
Vraag 12
Als er aanleiding is om te vermoeden dat de eigenaren van recreatieparken zich
bij de bouw van nieuwe chalets en vakantiewoningen niet houden aan de
natuurvergunning, hoe handhaaft u dit dan?
Antwoord 12
Zie hiervoor ons antwoord op vraag 11.
Vraag 13
Als er een handhavingsverzoek wordt gedaan m.b.t. de natuurvergunning, hoe
volgt u dit op?
Antwoord vraag 13
Bij een handhavingsverzoek dienen wij na te gaan of er sprake is van een
overtreding of niet en dienen wij op het verzoek een besluit te nemen.
Indien wij naar aanleiding van een handhavingsverzoek een overtreding
constateren zal in beginsel op grond van de LHSO opgetreden worden.
Hoogachtend,
Gedeputeerde Staten van Drenthe,
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Technische vragen bij punt 6 energiefonds Drenthe
Lees verderSchriftelijke Vragen met betrekking tot het mysterieus verdwijnen van een kwart van de Nederlandse wolvenpopulatie
Lees verder